Theaters, bioscopen en spektakelzalen

Achter het masker van “La Gaîté”

Op de Wolvengracht nr. 18 werd een van de belangrijkste plekken binnen het Brusselse nachtleven en tevens revuetempel opgericht: het Théâtre La Gaîté. Het werd in 1910-1911 gebouwd door architect Auguste Evrard. De toneelzaal met parterre en twee balkons bevond zich op de benedenverdieping. De emblematische bepleisterde en geschilderde gevel is in “Beaux-Arts” stijl. Onder het driehoekige fronton zien we het opschrift “Gaité”, met daaronder nog een ander opschrift: “Théâtre – fondé par Berryer en 1911 – Concert”. Sinds de verbouwingen van 1983 heeft de gevel opvallende pasteltinten. Hij staat sinds 5 maart 1998 op de lijst van beschermde monumenten.

[Uitzicht op de Wolvengracht met het nieuwe gebouwd van het Theater “La Gaîté”, postkaard, 1911-1912, Iconografische verzameling (W-5178), Archief van de Stad Brussel]

[Voorgevel van het Theater, foto, 1991, Openbare Werken en Stedenbouw (TP 96759), Archief van de Stad Brussel]

[Plan van de begane grond, plan, 1911, Openbare Werken en Stedenbouw (TP 2201), Archief van de Stad Brussel]

 

Bij de opening in 1912 bood het theater een gevarieerd programma aan, met operettes, komedies en kindermatinees, maar er werden vooral revues opgevoerd. Het theater werd gesloten aan het begin van de Eerste Wereldoorlog, maar het was ook een van de eerste die vanaf oktober 1914 de deuren heropende. In die tijd werden er vooral komedies opgevoerd. Vanaf 1918 was er geen permanent gezelschap meer. Het theater werd dan gebruikt voor verschillende tournees die een bepaald stuk kwamen opvoeren. In de periodes tussen deze opvoeringen werden er dan revues opgedragen. In het theater werden nog steeds operettes, vaudevilles en kindermatinees opgevoerd, maar ook musichall-voorstellingen en concerten met orkest. In 1945 voerden directeurs Jean-Louis Nijs en Léon Bartholomez een vernieuwing door met de uitvinding van het systeem van permanente voorstellingen. Daarbij werden er drie sessies per dag opgevoerd, wat zeer zwaar was voor de artiesten.

[Programma met het directeur Léo Berryer, programma, 1919-1920, Fonds Fauconnier (151), Archief van de Stad Brussel]

[Omslag van een programma, programma, 1922, Fonds Fauconnier (151), Archief van de Stad Brussel]

[Omslag van een programma, programma, 1965, Legaat Marcel Lebouille (944), Archief van de Stad Brussel]

[Affiche van de Groot Revue “Comment ça va !”, affiche, 1925, Iconografische verzameling (Affiche 1652), Archief van de Stad Brussel]

[Affiche die de kindermatinees aankondigen, affiche, 1923, Iconografische verzameling (Affiche 1750), Archief van de Stad Brussel]

[Affiche van het stuk “Mon bébé”, affiche, (ca. 1923), Iconografische verzameling (Affiche 1802), Archief van de Stad Brussel]

[De speelster Nelly O’Riss op het podium van het Theater met een andere artiest en een orkest, foto, 1937-1950, Iconografische verzameling (C-29208), Archief van de Stad Brussel]

[Het saluut van artiesten na het uitvoering van het stuk “La 500ième Revue”, foto, 1960-196, Iconografische verzameling (C-29260), Archief van de Stad Brussel]

 

Directeur Alfred Bourgaux (ook bekend als Michel Elbaz) moest in 1979 het faillissement van dit “Zwanze-theater” afkondigen. Hoewel iedereen deze plek en dit bijzondere culturele aanbod wilde behouden, was het zeer moeilijk om een koper te vinden. Er waren immers belangrijke renovatiewerken nodig om de zaal in orde te brengen volgens de brand- en veiligheidsnormen. In 1983 werd het pand heropend en ingericht als multifunctionele ruimte: in het weekend was het een discotheek en in het begin van de week was het een theater. Meerdere elementen van de binneninrichting zijn bewaard gebleven, evenals de voorgevel. Nadien zou de zaal nog verschillende invullingen kennen, waaronder die van het Vlaams-Marokkaans Culturenhuis Daarkom van 2009 tot 2016.

[Uitzicht op het interieur van de zaal tijdens sloopwerkzaamheden, foto, 1991, Openbare Werken en Stedenbouw (TP 96759), Archief van de Stad Brussel]

 

In de kelder was er een andere faciliteit gevestigd, volledig onafhankelijk van het theater. Eerst was het een taverne, daarna een cabaret-dancing en tenslotte een wereldberoemde nachtclub. Volgens Time Magazine was deze de eerste in Europa. Ze werd bekend onder de naam “Gaity-Bar”, maar daarna luidde het “Chez Paul au Gaity”. Ook deze vestiging werd in 1984 gesloten.

[Promotieaffiche van Magritte voor het Gaity Bar, affiche, 1928, Iconografische verzameling (Affiche 869), Archief van de Stad Brussel]

[Advertentie voor het Gaity Bar op de achterkant van een programma van het Theater La Gaîté, programma, 1919-1920, Fonds Fauconnier (151), Archief van de Stad Brussel]

 

© Archief van de Stad Brussel – Alle rechten voorbehouden

Laisser un commentaire