Volksgezondheid en hygiëne

Van levende Zenne tot verdoken Zenne

Net als vele grote steden heeft Brussel zich ontwikkeld aan de oevers van een rivier : de Zenne. Dit is nu min of meer zichtbaar in het stedelijk centrum : dit is nog steeds zichtbaar nabij de sluis van Anderlecht en in de buurt van de zuiveringsinstallatie van Brussel-Noord. Er werd ook en reconstructie gemaakt op nummer aan het Sint-Goriksplein nr. 23, naast het oude klooster van de Rijkeklaren. Dit is omdat de Zenne het onderwerp is geweest van een van de belangrijkste projecten die de stad heeft ervaren : zijn overwelving. Deze werken hebben diep en blijvend het uitzicht van de stad veranderd.

[Kaart van Brussel waarop de Zenne en de veenachtige velden worden gezien, papier atlas, 1550-1565, Plan de Bruxelles (n°1, J. DE DEVENTER, Atlas topographique des villes des Pays-Bas au XVIe siècle), Archief van de Stad Brussel]

[Brug over de Zenne bij de Budasesteenweg, foto, augustus 1970, Iconografische verzameling (C-24652), Archief van de Stad Brussel]

 

Alvorens een ondergrondse rivier te worden had de Zenne verschillende functies en zorgde ze voor de ontwikkeling van verscheidene aspecten van de stad. Ze was een bron van energie voor de molens; de waterweg tussen Brussel en andere grote stedelijke centra; een onderdeel van de fortificatie van de stad; een voedselbron door de visteelt; een grondstof voor bepaalde beroepen; evenals een afval-en rioleringsweg. De Zenne mag dan al een kleine rivier, maar dan wel één met een grillig karakter. Overstromingen zijn niet zeldzaam en sommige zijn ronduit indrukwekkend zoals die van 1820.

[Karikatuur die het huidige Sint-Goriksplein tijdens de overstroming van januari 1820, reproductie van een tekening, 19de eeuw, Iconografische verzameling (K-573), Archief van de Stad Brussel]. Deze overstroming kwam er door de dooi na een lange periode van vrieskou. De steden Tubeke en Halle liepen onder en het was onmogelijk om het water uit deze laatste stad te houden. De stad Brussel werd eerst gewaarschuwd door een aantal kanonschoten, zoals dat toen gebruikelijk was. Daarna werden de sluizen opengezet en raasde het water met een uitzonderlijke vaart naar Brussel.

[Zenne langs de oude stadsmuren bij de Hallepoort op het moment van hun afbraak in 1830-1831, foto van een aquarel van F.-A. Bossuet van 1887, 20ste eeuw, Iconografische verzameling (F-347), Archief van de Stad Brussel]

De vervuiling van het water vormt een constante. Reeds in de middeleeuwen klagen sommige beroepen regelmatig over lozingen van afvalwater die stroomopwaarts plaatsvonden. De situatie verslechterde met de vestiging van industrie langs de oevers in de 19de eeuw en daarna door de installatie in 1848 van een modern rioleringssysteem dat alle verzamelde wateren in de Zenne liet vloeien. De verlaging van het debiet zorgde er bovendien voor dat afval niet langer werd weggevoerd met de stroming. Dit was vooral te wijten aan de vele manieren waarop er water van de Zenne werd afgetapt.

[Foto van de Zenne, foto, 1867, Iconografische verzameling (Album XVII-18, GHEMAR FRERES, Assainissement de la Senne, Bruxelles en 1867. Vues photographiques prises à l’emplacement du nouveau Boulevard à ouvrir au travers de la Ville de Bruxelles, folio 10), Archief van de Stad Brussel]

[Oude vismarkt langs de Zenne, foto, [1870], Iconografische verzameling (F-627), Archief van de Stad Brussel]

De slechte waterkwaliteit alarmeerde de 19de-eeuwse autoriteiten voor vraagstukken rond hygiëne en droeg ertoe bij dat men Brussel het beeld van een hoofdstad wilde geven. In 1865 werd het project voor de overwelving van de Zenne van de architect Léon Suys weerhouden en ondersteund door de toenmalige burgemeester Jules Anspach. Een Engels bedrijf “Belgian Publics Works Company” was verantwoordelijk voor de uitvoering van de werken die slechts drie jaar duurden. Het ging daarentegen om een kolossale en indrukwekkende werf. Het stadweefsel werd aangetast en veel van de oude buurten vernietigd. De werken leidden eveneens tot het verdwijnen van de arme buurten die op de Zenne-oevers gevestigd waren, evenals de creatie en ontwikkeling van grote boulevards volgens het Haussmann-model. Deze werden met veel pracht en praal ingehuldigd op 30 november 1871. De overwelving maakte het opvangen en verwijderen van rioolwater mogelijk zonder het worden behandeld. Deze situatie ging door tot de jaren 1960.

[Uittreksel uit het project om de loop van de Zenne te corrigeren (een project voor de Beurs, Grote Boulevard en Centrale Hallen), papieren plan, Iconografische verzameling (album VIII-28, L. SUYS, Bruxelles, Senne et boulevards. Solution du problème hygiénique et monumental), Archief van de Stad Brussel]

[Zicht van de overwelvings- en rioleringswerken ter hoogte van de huidige Emile Jacqmainlaan, foto, 1869, Iconografische verzameling (F-28), Archief van de Stad Brussel]

[Zicht van de overwelvings- en rioleringswerken op het niveau van de Kartuizersstraat, foto, 1869-1874, Iconografische verzameling (F-907), Archief van de Stad Brussel]

[Karikatuur van E. De Geneffe die de inauguratie van de nieuwe boulevards afbeelt, salpeterzuur, 1871, Iconografische verzameling (R-30), Archief van de Stad Brussel]

 

© Archief van de Stad Brussel – Alle rechten voorbehouden

1 thought on “Van levende Zenne tot verdoken Zenne”

Laisser un commentaire