Boire et manger

L’abattoir de Schaerbeek | Het Schaarbeekse slachthuis

À partir de 1850, afin d’éviter l’abattage à domicile jugé peu hygiénique, le Ministère de l’Intérieur encouragea les communes à se doter d’abattoirs locaux. Schaerbeek choisit d’abord comme emplacement la plaine de Monplaisir (gare de Schaerbeek), cependant cela entraîna une longue plainte des bouchers qui estimaient que le lieu choisi était beaucoup trop éloigné et insalubre. Les autorités communales optèrent alors pour un terrain situé au cœur du vieux village de Schaerbeek, entre la rue de Jérusalem et le remblai du chemin de fer. Victor Besme, alors inspecteur voyer, fut chargé de concevoir les plans du futur abattoir. Les bâtiments sont inaugurés le 15 août 1865.

Vanaf 1850, om te voorkomen dat mensen thuis het vee slachtten, wat onhygiënisch beschouwd was, werden de gemeenten door het Ministerie van Binnenlandse Zaken aangemoedigd lokale slachthuizen te bouwen. Schaarbeek koos allereerst als ligging de Monplaisir-vlakte (station van Schaarbeek), maar het had als gevolg een langdradige klacht van de slachters die vonden dat de gekozen plaats te ver en ongezond was. De plaatselijke overheid opteerde vervolgens voor een terrein dat in het hart van het oude dorp van Schaarbeek, tussen de Jerusalemstraat en de spoordijk was gelegen. Victor Besme, spoorwegonderhoudsinspecteur werd verzocht de plannen van het toekomstige slachthuis te ontwerpen. De gebouwen werden op 15 august 1865 ingewijd.

[Règlement de l’abattoir, 1899, Archives des Travaux publics, Archives communales de Schaerbeek  | Reglement van het slachthuis, 1899,  Openbare Werken Archief, Gemeentearchieven van Schaarbeek]

Nous ne disposons plus d’images de cet abattoir aujourd’hui détruit, il faut donc faire confiance aux historiens locaux qui en donnent la description suivante : trois bâtiments constitués d’étables se trouvaient au fond du terrain, une longue halle couverte permettait aux clients de venir voir la marchandise et enfin, la maison du directeur était située à front de la rue de Jérusalem. Chose étonnante, l’étendue du terrain permit au directeur-fondateur, M. De Lombaerde, amateur d’horticulture, de créer un beau et grand jardin de plaisance où les visiteurs pouvaient venir flâner à leur guise. Un plan dressé par l’Institut géographique national en 1870 permet encore de voir la disposition des lieux et notamment le jardin paysager.

Er bestaan geen beelden meer van dit slachthuis dat afgebroken is, zo moeten we vertrouwen in de lokale historici hebben, die er de volgende beschrijving van geven: drie gebouwen met stallen op het einde van het terrein, dankzij een lange overdekte hal konden de klanten tot de goederen komen en ten slotte was het huis van de directeur aan de Jerusalemstraatkant gelegen. Wat verrassend is, is dat het terrein zo uitgestrekt was, dat het mogelijk maakte voor de directeur-stichter, Meneer De Lombaerde, die van tuinbouw hield, een mooie en ruime tuin te ontwerpen, waar de bezoekers konden luieren. Op een plan door het Nationaal Geografisch Instituut in 1870 getekend, kan men nog de schikking van de plaats en namens de landschapstuin zien.

 

[Détail d’une carte de l’Institut Géographique National, 1870, Archives du géomètre, Archives communales de Schaerbeek | Detail van een plan van het Nationaal Geograpisch Instituut, 1870, Archieven van de landmeter, Gemeentearchieven van Schaarbeek]

Cependant, ce jardin prit de plus en plus d’ampleur au fil du temps, si bien qu’il relégua les activités du marché aux bestiaux à l’extérieur du complexe de l’abattoir, sur la future place d’Houffalize. Plusieurs estaminets vinrent alors s’installer dans les maisons bordant l’esplanade du marché. L’un d’entre eux portait le nom évocateur de « In den Choesel » du nom d’une recette typiquement bruxelloise (composée de plusieurs abats mijotés dans de la gueuze lambic).

In de loop van de jaren werd die tuin steeds groter, zodat de activiteiten van de veemarkt buiten het slachthuiscomplex, op de toekomstige Houffalizeplein gedrongen werden. Menige staminees installeerden zich echter in de huizen die langs de marktesplanade stonden. Een van deze droeg de suggestieve naam van In den Choesel , volgens de naam van een typisch Brusselse recept, dat uit verschillend slachtafval, in lambiek gestoofd , was samengesteld.

[Vente de viande, photographie, Fonds iconographique, Archives communales de Schaerbeek | Vleesverkoop, foto, Iconographische Verzameling, Gemeentearchieven van Schaarbeek]

En 1887, l’ouverture des abattoirs d’Anderlecht (Cureghem) concurrence les abattoirs communaux. Celui de Schaerbeek survit un temps, notamment à cause de la fermeture de l’abattoir de Saint-Josse-ten-Noode situé rue du Mérinos. Cependant, la Première guerre mondiale vient porter le coup de grâce à l’abattoir communal qui est définitivement fermé après la fin du conflit. Les locaux sont réaffectés pour le service de la Propreté publique. Le jardin de plaisance est démantelé pour faire place aux nouveaux bains communaux Le Neptunium inauguré en 1957. Les bâtiments arrière sont eux complètement détruits pour faire place à un immeuble de logement dans les années 1970.

In 1887 beconcurreerde de opening van de slachthuizen van Anderlecht (Cureghem) de gemeentelijke slachthuizen. Het Schaarbeekse slachthuis slaagde erin een tijdje te overleven, namens wegens de sluiting van het slachthuis van Sint-Joost-ten-Node (gelegen in de Merinosstraat). Na de Eerste Wereldoorlog werd het slachthuis definitief gesloten. De lokalen werden door de Openbare Netheid teruggehaald. De landschapstuin werd afgebroken om plaats te maken voor het nieuwe zwembad « Neptunium » dat in 1957 werd ingewijd. De achtergebouwen zijn helemaal vernietigd om plaats te maken voor een nieuw flatgebouw in de jaren 1970.

Recette complète des choesels à la bruxelloise

http://www.belgourmet.be/fr/mesrecettes/recette_biere/recette_choesels_a_la_bruxelloise.php 

Recept van de choesels op Brusselse wijze

http://www.smulweb.nl/recepten/704436/Choesels-op-brusselse-wijze 

© Archives communales de Schaerbeek | Gemeentearchieven van Schaarbeek

1 thought on “L’abattoir de Schaerbeek | Het Schaarbeekse slachthuis”

Laisser un commentaire