Tweede wereldoorlog

“Soms geslagen, nooit verslagen”: de Belgische Nationale Beweging en haar afdeling in Sint-Gillis

Waarover gaat het precies?

De Belgische Nationale Beweging, ook wel afgekort tot B.N.B, is een Belgische verzetsbeweging die actief was tijdens de tweede wereldoorlog. De beweging was hoofdzakelijk (maar niet uitsluitend) Franstalig en wijd verspreid over het hele koninkrijk. Ze ijverde tijdens het conflict in het geheim ter bestrijding (zowel passief als gewapend) van de Duitse bezetter.

In dit artikel staan we niet zozeer stil bij de algemene geschiedenis van deze beweging maar veeleer bij wat ze in Sint-Gillis betekende. Zoals we zullen zien was ze bijzonder ontwikkeld en actief in deze Brusselse gemeente, ook al was ze in ruimere zin werkzaam op Belgische bodem.

[Logo van de BNB. Fonds van de Belgische Nationale Beweging. Gemeentearchieven van Sint-Gillis.]

De oorlog wordt onafwendbaar, Sint-Gillis bereidt zich voor

We schrijven 1939. De vrede in Europa wankelt en staat op het punt om te slaan in wat men achteraf “de donkerste uren van onze geschiedenis” zou noemen. De bevolking hoopt op een vreedzame en diplomatieke oplossing voor de spanningen, maar in de verschillende Europese naties heeft de legerleiding het al begrepen. De oorlog is onafwendbaar. Hij zal verwoestend zijn, erger dan een oorlog voordien ooit is geweest in de hele geschiedenis van de mensheid.

De wereldwijde geopolitieke spanning zet de Belgische staat aan tot reageren. De oorlog mag dan onvermijdelijk zijn, hij wordt eveneens met kloek gemoed afgewacht. Hoewel de Duitse Blitzkrieg de toentertijd verspreide strategieën en tactieken ruimschoots oversteeg, waren de voorbereidingen om het conflict op te vangen wel degelijk reëel. Op de gemeenteraad van 27 april 1939 kondigt toenmalig burgemeester Arthur Diderich de oprichting van een plaatselijk comité voor bevoorrading en burgerlijke hulp aan. Men geeft dan de toelating voor groenteteelt op de percelen in het doodlopend deel van de Steensstraat en men inventariseert welke gebouwen geschikt zijn om de bevolking in de mate van het mogelijke op te vangen. Op 5 oktober 1939 komt het mobilisatiebevel en worden 2.400 inwoners van Sint-Gillis onder de wapenen geroepen. Bij andere inwoners worden voor de militairen dekens ingezameld in het vooruitzicht van het conflict dat voor de deur staat.

[Wimpel van Zone 3 van de Henegouwse tak van de BNB. Fonds van de Belgische Nationale Beweging. Gemeentearchieven van Sint-Gillis.]

[Bedanking vanwege de (Nederlandstalige) sectie kust naar de gemeente Sint-Gillis toe. Fonds van de Belgische Nationale Beweging. Gemeentearchieven van Sint-Gillis.]

Het Verzet treedt in actie

Na achttien dagen felle strijd wordt de onvoorwaardelijke capitulatie van België getekend. Het Verzet, dat al vanaf de eerste dag der vijandelijkheden (10 mei 1940) begon, krijgt daardoor meteen een andere dimensie. Voortaan zal men moeten opereren onder de totale controle van de vijand. Het hele land is bezet.

Aimé Dandoy sticht op 17 december 1940 de Belgische Nationale Beweging. Eigenlijk stonden vier mensen aan de wieg van het initiatief: Aimé Dandoy, met zijn oorlogsnaam “Figaro”, zijn broer Georges Dandoy, alias “Brutus” en later “Freddi”, Jules Vilain en diens zus Azéma. De groep ontwikkelde zich en won aan belang maar maakte pas echt een sprong voorwaarts met de komst van Camille Joset aan het hoofd van de beweging in 1941. Die stond in het gezelschap van zijn zoon Camille-Jean Joset tot dan toe aan de leiding van de Brigades Toast, een andere verzetsbeweging, ontstaan onder impuls van de Britse inlichtingendiensten.

Deze hoge ambtenaar en journalist had er al tijdens de eerste wereldoorlog een actief verzetsbestaan op zitten. Dankzij hem vond de beweging ingang bij de zeer Belgisch gezinde kleine burgerij en de middenklasse, die zeer gehecht waren aan het sociaal politiek bestel dat in het land heerste en diepe anti-Duitse gevoelens koesterden. De beweging sloot zich vervolgens aan bij andere bewegingen, zowel rechts en links op het politieke schaakbord, met als ultiem en gemeenschappelijk doel de bezetter uit het land te verdrijven.

De Belgische Nationale Beweging in actie, belangrijke betrokkenheid in Sint-Gillis

De beweging heeft een aantal verschillende opdrachten. Zo drukte zij een eigen clandestiene krant, De Stem der Belgen, die over heel het land verdeeld werd en zich meer bepaald concentreerde in de gemeente Sint-Gillis, waar de oplage 2.500 exemplaren bedroeg (op een totaal van 12.000). Ook hielp de beweging geallieerde piloten om in Engeland te geraken, evenals mensen die uit Duitse gevangenschap waren ontsnapt. Ze maakte valse papieren voor verzetslieden, joodse gezinnen en werkweigeraars. Daarnaast was ze actief in het inlichtingenwezen en verrichtte zij sabotages.

In Sint-Gillis bekleedden talrijke verzetsmensen van de BNB functies in het gemeentebestuur en bij de politie. Zij probeerden de bevolking te beschermen, bijvoorbeeld via de bevoorradingsbonnen die de bezetter oplegde en die bij voorrang bestemd waren voor bijvoorbeeld zwangere vrouwen en pas in allerlaatste instantie mochten worden verstrekt aan mensen die in de ogen van de bezetter “nutteloos” waren, zoals invaliden of joden. Het gemeentebestuur trachtte die regels te omzeilen. De gemeentebeambten speelden aan de beweging inlichtingen door die uiteindelijk bestemd waren voor de diensten van de geallieerden. Hetzelfde geldt voor de gevangenis van Sint-Gillis, waar een geïnfiltreerde medewerker eveneens inlichtingen binnen en buiten de gevangenis doorspeelde. Een aantal handelszaken deed dienst als brievenbus voor het verzet.

Ook interessant om te vermelden is dat leden van de BNB zich binnen de posterijen een plaats hadden bemachtigd. Er werden immers bergen censuurwerk verricht met betrekking tot verklikkingsbrieven. Wanneer die binnen de post in bepaalde handen vielen, bereikten ze nooit hun bestemming bij de Duitse overheid… De namen van de verklikkers daarentegen, als de brieven ondertekend waren, konden vervolgens op lijsten van de BNB belanden.

[Dienststaat van een BNB-lid. Betrokkene werd aangehouden voor het dragen van patriottische tekenen en voor een schermutseling met twee Gestapo-medewerkers. Hij werd van het ene kamp naar het andere gestuurd. Tijdens zijn dienst bij de BNB verdeelde hij clandestiene pers en voerde hij anti-Duitse propaganda. Fonds van de Belgische Nationale Beweging. Gemeentearchieven van Sint-Gillis.]

Een huzarenstukje gebeurde met de “spooktrein”. Terwijl de pantserwagens en zowat 2.000 manschappen van de Guards van het 2de Britse leger (waartoe de Brigade Piron behoorde) zich op amper enkele uren van Brussel bevonden, beslisten de Duitsers een bijzonder deportatiekonvooi samen te stellen. 1.500 politieke gevangen, onder wie verzetslieden, moesten richting Mechelen en daarna naar bezet Nederland vertrekken om vervolgens te worden weggevoerd naar kampen in Duitsland. De BBC had de nakende bevrijding van de Belgische hoofdstad aangekondigd en dat was de gevangenen en andere BNB-leden ter ore gekomen. De weggevoerden, met 85 tot 105 per wagon bijeen gepropt, werden bewaakt door automatische wapens. Zonder de tussenkomst van verzetslieden zou het Duitse plan ongetwijfeld zonder obstakels gelukt zijn. Stationschef Petit, de onderstationschefs – de BNB-leden Parmentier en Decoster – en talrijke spoorwegmensen die voor het merendeel anoniem zijn gebleven, onder wie chauffeur Louis Verheggen en machinist Léon Pochet, stelden alles in het werk om het konvooi te vertragen met verkeerde manoeuvres en pannes. In plaats van om 10 uur vertrok de trein pas om 15.30 uur en onderweg liep hij zo veel vertraging op dat hij pas om 23.40 uur in Mechelen aankwam. Het nieuws verspreidde zich dat de geallieerde strijdkrachten in het land waren en dat de bevrijding was begonnen. De Duitse autoriteiten beslisten daarop de trein naar het station Klein-Eiland te brengen en de 1.500 gevangenen vrij te laten in ruil voor de verbintenis dat het Rode Kruis de in Brussel achtergelaten Duitse gewonden zou verzorgen. Momenteel kennen we slechts enkele namen van gevangenen op deze “spooktrein”, onder wie Raymond Defonseca, adjunct-politiecommissaris in Sint-Gillis en lid van de BNB.

Bij al deze mensen komen dan nog groepen die de hele oorlog lang het offensievere werk doen, zoals allerlei sabotages.

[Door Raymond Defonseca ondertekend attest dat melding maakt van een aanhouding in februari 1944 en van “het laatste konvooi dat naar Duitsland zou vertrekken”. Fonds van de Belgische Nationale Beweging. Gemeentearchieven van Sint-Gillis.]

Heldendom met tragische afloop

De BNB was doeltreffend, actief, infiltreerde met succes administraties, drukte een eigen krant en verdeelde ze over heel België, voerde sabotages uit en bracht piloten en andere ontsnapten naar de overkant van het Kanaal. Men zou bijna kunnen denken dat het eenvoudig was om op te zetten, dat de Duitse inlichtingendiensten machteloos waren… maar niets is minder waar. De rol van de beweging was niet weg te denken, de prijs die zij betaalde was vreselijk en de Duitse repressie brutaal. Aimé Dandoy, een van de stichters van de Belgische Nationale Beweging, wordt verklikt door een dubbelagent en aangehouden wanneer hij exemplaren van De Stem der Belgen ophaalt in de drukkerij. Hij zal later berecht worden, veroordeeld tot vijftien jaar dwangarbeid en gedeporteerd naar Duitsland. Hij reist er van het ene kamp naar het andere maar verdwijnt uiteindelijk. Elk spoor van hem ontbreekt, niemand heeft hem ooit teruggezien.

Camille Joset, architect van de beweging vanaf 1941, wordt op zijn beurt gedeporteerd. Hij was tijdens de eerste wereldoorlog al eens ter dood veroordeeld door een Duitse krijgsraad, maar zou de ontelbare vreselijkheden die hem troffen overleven. Toen hij naar België terugkeerde, kon hij zijn benen niet meer gebruiken. Na een lijdensweg van drie jaar werd hij op 13 april 1945 door de geallieerden bevrijd, om opnieuw leider van de Belgische Nationale Beweging te worden en uiteindelijk op 30 december 1958 op 79-jarige leeftijd te overlijden.

Dit artikel is te kort om het te hebben over al die – voor velen tragische – lotgevallen. Feit is dat de leden van de beweging werden opgespoord en opgejaagd, dat velen onder hen de dood vonden in kampen, geëxecuteerd, gefusilleerd door de bezetter. De dood was voor deze mensen dagelijkse kost. Een winkelierster die een brievenbus ter beschikking hield, werd aangehouden; BNB-leden werden verklikt, sommigen vermoord.

[Status van het onderzoek in een dossier ter erkenning van het statuut van weerstander, in dit geval post mortem. Dit lid van de BNB is verbindingsagent geweest, leverde valse identiteitskaarten en bevoorradingszegels voor “illegalen”, verborg mensen die door de Duitse autoriteiten werden gezocht in religieuze gebouwen, verborg en verzorgde Amerikaanse parachutisten, bracht wapens en explosieven ter bestemming en bezorgde plannen met de posities van de luchtafweer in Luik. Het rekruteringsattest waarvan in dit document sprake is, werd bekrachtigd door Camille Joset in hoogsteigen persoon. De weerstander over wie het hier gaat, is op 23 augustus 1943 door de Duitsers aangehouden en werd vastgehouden in meerdere kampen, waar hij in november 1944 overleed. Fonds van de Belgische Nationale Beweging. Gemeentearchieven van Sint-Gillis.]

Veel leden geraakten zonder veel kleerscheuren uit de oorlog, van anderen was het lot ronduit rampzalig. De beweging werd in februari getroffen door massale aanhoudingen en een repressie zonder voorgaande, waarbij de leiding van de BNB ten val kwam. Ze bleef weliswaar actief, maar met volle kracht door de Duitse overheid getroffen en beroofd van haar meest ervaren leiders, het merendeel van haar materieel en haar voornaamste communicatiemiddelen, was zij niet langer in staat de centrale rol op te nemen die haar door de geallieerden was toebedeeld. Zelfs niet toen een organisator met geld en actieprojecten voor de komende maanden aan een parachute werd gedropt aan de vooravond van de Landing.

Wanneer het over de omvang en de impact van de Belgische Nationale Beweging gaat, zeggen sommigen dat ze 30.000 leden en 800 inlichtingenagenten had; anderen houden het voorzichtigheidshalve bij 15.000 officieel erkende leden. Talrijk waren ze hoe dan ook en de BNB was een van de meest geslaagde verzetsbewegingen van het hele land. Haar archieven werden na de oorlog bewaard op haar zetel in het café Au Lion de Waterloo, op de hoek van de Volderslaan en de Vanderschrickstraat. Toen het pand verkocht werd (en een nieuwe naam kreeg, “La Porteuse d’Eau”) werden de zetel en de archieven van de BNB overgebracht naar het huidige Pelgrimshuis, waar de organisatie over een lokaal beschikte. Nadien werd op voorstel van de burgemeester beslist de archieven over te brengen naar het Stadhuis van de gemeente Sint-Gillis, waar ze, anno 2025, nog steeds worden bewaard door de gemeentelijke archiefdienst.

[Gedenkplaat in het Stadhuis van de gemeente Sint-Gillis. De tekst luidt: “1940-1944

Op 1 Januari 1941 werd in dit stadhuis de afdeling Sint-Gillis van de Belgische Nationale Beweging opgericht
(Organisatie voor Verzet tegen de nazi’s)

Erkende leden: 1134
Leden aangehouden door de vijand: 150
Leden gedood door de vijand: 39

Hulde aan deze dapperen, die alles hebben opgeofferd om de VRIJHEID te verdedigen.

Soms geslagen. Nooit verslagen.”]

Bronnen en bibliografie

Inventaris van de archieven van de Belgische Nationale Beweging (BNB), Sint-Gillis, Archiefdienst van de gemeente Sint-Gillis, 2019-2021. [online] . (Geraadpleegd op 5 maart 2025)

Belgische Nationale Beweging (De). Belgium WWII. CegeSoma/Rijksarchief. [online] . (Geraadpleegd op 3 maart 2025)

Belgische Nationale Beweging (BNB), inventaris van de archieven van het Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij (SOMA), Brussel, 1996.

WIEVIORKA Olivier, Histoire totale de la Seconde Guerre mondiale, Parijs, Perrin/Ministère des Armées, 2023.

WYNANTS Paul, “Joset Camille (père)”, in Nouvelle Biographie Nationale, Brussel, Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, deel 11, 2012, pp. 209-211.

WYNANTS Paul, “Joset Camille (fils)”, in Nouvelle Biographie Nationale, Brussel, Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, deel 11, 2012, pp. 211-212.

Laisser un commentaire